De biodiversiteitscrisis is een risico voor onze samenleving en economie. Organisaties kunnen hier iets aan doen door biodiversiteitbewuste stappen te maken. Maar waar begin je als organisatie? Alliander, Impact Institute en Naturalis Biodiversity Center hebben een besturingsmodel voor biodiversiteit ontworpen, die laat zien welke bedrijfsonderdelen impact hebben.
Kerenvan biodiversiteitsverlies
Wat verstaan we onder biodiversiteit, waar hebben we impact, en wat betekent het voor een bedrijf, als het bij wil dragen aan het keren van biodiversiteitsverlies? Bijvoorbeeld voor een netwerkbedrijf zoals Alliander, verantwoordelijk voor de aanleg en onderhoud van energienetten. Dat heeft Alliander samen met de maatschappelijke onderneming Impact Institute en een onderzoeksteam van Naturalis Biodiversity Center onderzocht. Het antwoord is vervat in een besturingsmodel voor biodiversiteit. Het slaat een brug tussen wat biodiversiteit nodig heeft, en wat een organisatie daarvoor kan ondernemen.
Sturenop verbetering
“Alliander ziet dat biodiversiteitsverlies moet worden gekeerd om de wereld leefbaar te houden en wil haar verantwoordelijkheid daarin nemen”, vertelt Roland Vink, producteigenaar biodiversiteit bij Alliander. “Flora en fauna staan onder druk en klimaatverandering heeft daar ook grote invloed op. Alliander wil binnen de grenzen van de planeet ondernemen. Praktisch betekent dat: we willen klimaatneutraal zijn in 2024, bouwen aan een circulaire organisatie en netto positief bijdragen aan biodiversiteit. Hoe we dat voor elkaar krijgen is geen gemakkelijke opgave. Daarom zijn we gestart met inzicht en overzicht, om van daaruit te kunnen beginnen met sturen op verbetering. Dit heeft geleid tot het besturingsmodel voor biodiversiteit voor netwerkbedrijven.”
Voorbeeldfunctie
Waarom zou een organisatie gebruik willen maken van een model zoals deze? Simon Wittkamp, analist en adviseur bij Impact Institute: “Om duurzaam gebruik te maken van de hulpbronnen van de aarde, moeten organisaties binnen de planetaire grenzen opereren. Hiervoor willen ze inzicht krijgen in hun positieve én negatieve impact op de wereld en de natuur.
Rapportageverplichtingen spelen ook een steeds grotere rol. Denk aan de Corporate Social Reporting Directive, kortweg CSRD, voortkomend uit het Europese doel om de motor van onze economie, de natuur, gezonder te maken. Daarnaast zijn het vervullen van een voorbeeldfunctie en de aantrekkelijkheid als werkgever op de arbeidsmarkt belangrijk voor organisaties.”
Het is mogelijk het besturingsmodel voor biodiversiteit aan te passen voor andere sectoren of een specifieke organisatie.
Natuurinclusieve maatschappij
Het team kwam tot de conclusie dat concrete handelingen pas echt impact hebben op de verbetering van de leefomgeving. Daarom is het besturingsmodel vooral gericht op de daadwerkelijke veranderingen die een organisatie zou kunnen maken en welke bedrijfsonderdelen daarvoor aan de lat staan. Wittkamp: “Weet de organisatie bijvoorbeeld waar ze momenteel schade brengt aan de natuur? Dit is exact waar Impact Institute allerlei organisaties mee helpt. Veel bedrijven zijn zich nog onvoldoende bewust van het feit dat de meeste impact zich in de keten van activiteiten bevindt. Daar kun je veel impact maken. Denk bijvoorbeeld aan het natuurinclusief inkopen van materialen, waarmee veel schade aan het milieu kan worden voorkomen.”
Vink: “We vinden het belangrijk dat het model aandacht heeft voor niet alleen directe effecten, zoals het vergroenen van nieuwe infrastructuur, maar ook indirect. Denk aan de invloed die we kunnen hebben op onze leveranciers en de voorbeeldfunctie die we hebben naar de maatschappij. We werken daarom bij voorkeur zoveel mogelijk samen met andere infrastructuurpartijen en delen van daaruit ook dit model voor breder gebruik. We hopen dat het van nut zal zijn voor veel partijen. Ondertussen zijn we zelf natuurlijk ook aan de slag met de inzichten die het proces ons heeft opgeleverd.”
Organisaties kunnen vanaf nu gebruikmaken van het besturingsmodel biodiversiteit. Het is mogelijk het model aan te passen voor andere sectoren, of een specifieke organisatie. De schrijvers ontvangen graag feedback. Op basis van bevindingen uit de praktijk zullen de makers het model aanpassen en verfijnen. Goed voor onze leefomgeving zorgen is immers nog een zoektocht.
Meerinformatie
Het model en de toelichting zijn hier beschikbaar:
Voor vragen en opmerkingen kun je terecht bij Naturalis: Marten Schoonman, Alliander: Roland Vink of Impact Institute: Simon Wittkamp.