De collectie aan overige ongewervelden wordt vooral gevormd door de wormachtige groepen, maar bevat daarnaast ook allerlei microscopisch kleine soorten zoals Gastrotricha (buikharigen) en Tardigrada (beerdiertjes). De collectie bevat ongeveer 60.000 exemplaren en groeit nog steeds door onder andere toenemend onderzoek op genetisch niveau. Daarnaast wordt er veel onderzoek gedaan in Naturalis aan kalkkokerwormen (Annelida: Polychaeta: Serpulidae) en platwormen (Platyhelminthes).
Verbazingwekkend
Het grootste deel van deze collectie bestaat uit wormachtige groepen zoals de ringwormen (Annelida), rondwormen (Nematoda), snoerwormen (Nemertea) en platwormen (Platyhelminthes). Ongeveer 2/3de van deze collectie bestaat uit objecten op vloeistof, het andere deel bestaat voornamelijk uit glaspreparaten en een heel klein deel bestaat uit droge objecten. Daarnaast bestaat een belangrijk deel van deze collectie uit de Parasieten Collectie Utrecht. De collectie is ontzettend gevarieerd door zijn diversiteit aan soortgroepen. Van een enkel individu van enkele micro millimeters op een preparaat tot een lintworm van 9,6 meter(!). Soms gaat het om een enkel individu in een grote cilindrische pot van een halve meter tot 400 glaspreparaten van een enkele worm. Kortom, je blijft je hier verbazen!
Platwormen
De platwormencollectie vormt een groot deel binnen de overige ongewervelden. Met maar liefst 12.500 registraties is het één van de grootste collecties ter wereld. Het begint bij J.C.C. Loman (1856-1929) die verschillende nieuwe soorten heeft beschreven vanuit het Zoologische Museum Amsterdam (ZMA). Hierna ontstaat er een groot gat dat sinds de jaren 70 opgevuld wordt door actief onderzoek van Ian R. Ball, Ronald Sluys en Elizabeth J. de Vries. Er volgen vele publicaties door hen en door de aanwinsten vanuit de Kawakatsu collectie (een taxonomische expert uit Japan) groeit de collectie exponentieel uit tot één van de belangrijkste ter wereld.
Ringwormen
Ook de ringwormen collectie is een aanzienlijk groot deel in deze collectie, specifieker de borstelwormen (Polychaeta). Deze collectie is vooral gegroeid door historische (Siboga Expeditie) en recente expedities (onder andere Snellius-II Expeditie en de CANCAP expeditie). Maar ook door (extern) onderzoek en de vele verzamelreizen van enkele onderzoekers zoals Harry ten Hove die vaak op een specifieke groep zijn gespecialiseerd. De collectie is daardoor rijk aan type exemplaren en gepubliceerd materiaal.
Geschiedenis
Deze collectie heeft vele beheerders gehad door de lange geschiedenis heen en door de taxonomische diversiteit, veel verschuivingen in de inrichting. Zowel de Amsterdamse collectie als de Leidse collectie had soms een andere visie op de taxonomische inrichting van de collecties. Belangrijke personen in de geschiedenis van deze collectie die niet vergeten mogen worden zijn onder andere: Rutgerus Horst (1849-1930), Johannes Govertus de Man (1850-1930), Carel Philip Sluiter (1854-1933), Jan Cornelis Christiaan Loman (1856-1929), Gustav Albert Stiasny (1877-1946), Jacob van der Land (1935-2011), Ian R. Ball (1941-2000) en onze huidige onderzoekers.